Peter Ribbers was voor Caesar Experts aanwezig op de Oracle Apex World 2018. Hieronder zijn verslag.
Keynote David Peake – Oracle
“Collaboration, not confrontation “ , dat is de houding die je volgens David Peake van Oracle moet hebben tegenover de zogenaamde “shadow-IT”. In veel organisaties is een niet aflatende strijd tegen de excelsheets , access-applicaties en door de eindgebruiker aangekochte softwarepakketten. Veelal ontstaan door een goed gevulde portfolio bij de IT-afdeling, waardoor business-collega’s in de verleiding komen om dan maar snel zelf even wat in elkaar te knutselen. Met als gevolg een stammenstrijd tussen de business en de IT-afdeling die zich gepasseerd voelt en vreest voor een data-wildgroei die ze misschien ooit zelf eens zullen moeten structureren of van support moeten voorzien.
“Faciliteer ze”, is wellicht een benadering om uit deze impasse te komen. David maakt duidelijk dat Apex een oplossing is die simpel genoeg is om uit te leggen aan een eindgebruiker en uitgebreid genoeg is om een ontwikkelaar te voorzien van een goede toolkit. Als de IT-afdeling een goede structuur neerzet met bv standaard autorisatie en koppelingen met enterprise data, dan kan een “citizen developer” applicaties neerzetten die een grotere kwaliteit hebben dan de gemiddelde Excel sheet. Beide partijen winnen. De business wordt gefaciliteerd, terwijl IT niet de controle verliest of overladen wordt met werk.
Uiteraard moet het doel van de applicatie in de gaten gehouden worden en kan een snel ontwikkelde “business-applicatie” doorgroeien tot een serieus idee voor een door de IT-afdeling onderhouden oplossing. Maar dan zit het in ieder geval in dezelfde technische omgeving.
Het belang van de dikke database
Na de opening van David heeft Alex Nuijten ons (nogmaals) gewezen op het belang van de dikke database: beschouw Apex als een dunne ontwikkel-laag en stop de logica in de database. Database-objecten raken “invalid” bij wijzigingen en geven zo direct feedback op je impactanalyse, terwijl Apex-pagina’s tijdens runtime fouten kunnen veroorzaken. Alex promoot hiervoor een systeem waarbij je per Apex-pagina views en packages aanmaakt met daarin de naam van de pagina, zodat alles snel terug te vinden is.
Golden nuggets
Na de (overigens voortreffelijke) lunch leidde Dietmar Aust ons in razend tempo door de “golden nuggets” van Apex 5.2. Het viel me op dat er voor een subrelease nog vrij veel extra functionaliteiten in zitten. Een greep uit de “nuggets” :
- Spotlight search (verbeterde zoekmogelijkheden)
- Compatibility mode om pagina’s te renderen met de engine van vorige versies
- Een nieuw authorisation schema, namelijk social login, waarbij je bv op basis van een Google account kunt inloggen.
- Een application access control (met api’s), waarbij je de uitgegeven autorisatie per pagina inzichtelijk hebt en zelfs ook kunt aanpassen.
- De introductie van application settings die binnen een OTAP straat opgeleverd kunnen worden om op die manier omgevingen gelijk te houden.
- E-mail templates.
Dat van tevoren duidelijk was dat Dietmar wist te boeien bleek wel uit het feit dat het balkon in de zaal ook gebruikt moest worden om iedereen een plek te geven. Een waardevolle sessie!
Daarna was het de beurt aan het Oracle team om ons in te wijden in nieuwe features van Apex 5.2 (overigens zonder al te veel overlap met de sessie van Dietmar). Persoonlijk vond ik deze presentaties wat minder. Ietwat langdradig en over features (zoals nieuwe grafieksoorten) die je in de praktijk toch niet snel zult toepassen.
Voorafgaand aan de sessies wist David de hele zaal wel in beweging te krijgen (zie foto).
Al met al een geslaagde dag. Of de Apex-community mee kan liften op de low-code hype is voor mij nog steeds de vraag, maar een zaal vol enthousiaste developers bewijst in ieder geval dat ze springlevend is!
Apex API’s door Moritz Klein
Op sommige momenten tijdens Apex World voel ik me ongeveer als onze kinderen : eens in de zoveel tijd mogen ze naar een oud-hollandse snoepwinkel in de buurt. Eigenlijk willen ze alles wat ze zien, maar met de 50 cent die ze meekrijgen moeten ze toch lastige keuzes maken. Na de keynote van de ochtend moet ik de keuze maken of ik ga voor de uitleg van de Apex API’s van Moritz Klein of de verhandeling van Aljaz Mali over security binnen applicaties.
Beiden lijken interessant, uiteindelijk worden het toch de API’s. Het stelt niet teleur : na een vrij lange inleiding geeft Moritz interessante voorbeelden van wat er mogelijk is : van vasthouden van de scrollbar positie tot een robuuste implementatie van dynamic fields waarbij de definitie van de velden wordt opgeslagen in de database. Dit zijn zeker dingen waarin ik me nog eens verder ga verdiepen.
Tijdens de pauze weer bekenden spreken : het lijkt soms wel een reünie van oud-collega’s. Als ik om me heen kijk is dat bij veel meer mensen het geval. Het is duidelijk dat Apex World naast een technische, ook een sociale functie heeft.
Vervolgens weer het “kind-in-de-snoepwinkel-effect” , het worden de sessies van Roel Hartman en Alan Arentsen. Roel stort ladingen code over ons uit over het aanpassen van het interactive grid, gelukkig zijn er ook plugin’s voor de meeste gevallen. Alan slaat een brug tussen Apex en JET, zeker interessant om te zien wat er mogelijk is als je JET-componenten gaat gebruiken. JET wordt meegeleverd binnen APEX (in de nieuwe 18.1 release zit ook de recente JET 4.2 versie). Als toegift komen alle uitwerkingen beschikbaar op Github.
Forms2AEX
David sloot de dag af met een presentatie over Forms2AEX. Het APEX team is een tijd geleden al afgestapt van automatische conversie. “The way to go” is nu gebaseerd op het omzetten van Forms naar XML en het importeren hiervan in een Forms conversie applicatie binnen APEX. In deze applicatie kunnen alle Forms-componenten onderzocht worden op functionaliteit en de wenselijkheid om deze over te nemen in de nieuwe applicatie. Een gestructureerde benadering, die helaas veel werk vereist. Iets waar Caesar Experts ook goed mee van dienst kan zijn, vanwege hun uitgebreide Forms en Apex ervaring.
Over het allerlaatste onderdeel hoef ik niets meer te vertellen, dat spreekt voor zich!
